Wordt een Vereniging van Eigenaren beschouwd als 'bedrijf' of 'consument'?

Ferran Martín Bou Advocaat

lees meer »

Vraag: Wordt een Vereniging van Eigenaren beschouwd als een "bedrijf" of "consument" met betrekking tot het ook opeisen van rente op schulden die door haar zijn aangegaan?

Antwoord: In geen geval kan worden beschouwd dat Verenigingen van Eigenaren bedrijven zijn, aangezien ze niet onderworpen zijn aan enige economische activiteit. Het is eerder een entiteit die is bedoeld voor de organisatie van een pluraliteit van eigenaren die gemeenschappelijke elementen delen, onder het regime van horizontaal eigendom. Daarom zijn de rentes vastgesteld in de Wet 15/2010 van 5 juli, tot wijziging van de Wet 3/2004 van 29 december, waarin maatregelen worden vastgesteld tegen betalingsachterstanden bij handelstransacties, niet op hen van toepassing.

Overeenkomstig de bepalingen van artikel 3 van de Wet ter verdediging van consumenten en gebruikers (Koninklijk Besluit 1/2007 van 16 november, waarbij het geconsolideerde tekst van de Algemene Wet ter verdediging van consumenten en gebruikers wordt goedgekeurd), worden ook entiteiten zonder rechtspersoonlijkheid die zonder winstoogmerk handelen in een gebied dat buiten commerciële of zakelijke activiteiten valt, beschouwd als consumenten. Deze juridische kader is van toepassing wanneer Verenigingen van Eigenaren goederen contracteren en hun eindontvangers zijn.

Als echter de bedoeling is om rente te eisen voor de verstreken tijd, kan in dit geval artikel 1100 van het Burgerlijk Wetboek van toepassing zijn, in relatie tot artikel 1.108 van hetzelfde Burgerlijk Wetboek.

Artikel 1100

Zij die verplicht zijn iets te leveren of te doen, bevinden zich in verzuim vanaf het moment dat de schuldeiser gerechtelijk of buitengerechtelijk nakoming van hun verplichting eist.

De waarschuwing van de schuldeiser is echter niet noodzakelijk voor het bestaan van verzuim:

1.º Wanneer de verplichting of de wet dit uitdrukkelijk verklaren.

2.º Wanneer uit de aard en omstandigheden ervan blijkt dat de aanduiding van het tijdstip waarop de zaak moest worden geleverd of de dienst moest worden verricht, een doorslaggevende reden was voor het aangaan van de verplichting.

Bij wederkerige verplichtingen valt geen van de verplichten in verzuim als de ander niet nakomt of zich niet behoorlijk bereid verklaart om na te komen wat hem toekomt. Zodra een van de verplichten zijn verplichting nakomt, begint het verzuim voor de ander.

Artikel 1108

Indien de verplichting bestaat uit de betaling van een geldsom en de schuldenaar in verzuim verkeert, bestaat de schadeloosstelling voor schade en verlies, bij gebrek aan een andersluidende overeenkomst, in de betaling van de overeengekomen rente, en bij gebrek aan overeenkomst, in de wettelijke rente.

Online

Martin Bou Advocats

Welkom bij Martín Bou Advocats.

Heb je vragen of heb je onze hulp nodig?

Neem contact met ons op, en we helpen je graag.

08:27